Refr.:
Ik leg de sleutel ’s morgens onder de mat
En het licht op de gang
Laat ik ’s nachts voor je aan
En bij de bakker haal ik dubbel gebak
Want ik blijf nog altijd dromen
Dat jij terug zal komen
Wat er nou mis ging, tussen ons beiden
Ja zoveel kleine dingen, gaan een leven leiden
Ik weet nou één ding, na al die dagen
Lijken de moeilijkheden erg klein
Oh wist ik toch maar waar je nu kon zijn:
Refr.:
Oh kon ik jou nou maar even bellen
En kon ik jou maar dat ’t mij spijt vertellen
Misschien denk jij nu ook wel ’t zelfde
Dat uit elkaar gaan, ging toch veel te vlug
Oh bel me op of liever, kom terug !:
Refr.:
’t Is zo eenzaam alleen
’s Avonds voor de TV
En ’t bed lijkt zo groot
Dat is ontworpen voor twee:
Refr.: |